“Het gaat goed met elektrisch rijden in Nederland”, jubelde minister Henk Kamp eind 2016. Hij had een mooie aanleiding: er reden vanaf dat moment honderdduizend elektrische auto’s op de Nederlandse wegen.
In werkelijkheid was Kamp’s euforie ietwat geforceerd: het ging op dat moment helemaal niet goed. In 2015 werden er iedere maand nog 3500 stuks verkocht, in 2016 stokte de teller bij 1000. Dat komt vooral door de uitholling van fiscale voordelen.
Toch wil de overheid elektrisch rijden er doorheen drukken. Dat blijkt uit de Energieagenda. Vijftien procent van de nieuw verkochte auto’s in 2025 moeten elektrisch zijn. In het decennium dat volgt, moet die 15 procent oplopen naar 100 procent: een ware revolutie.
De overheid zal daarbij helpen met bijvoorbeeld subsidies voor laadpalen. Uiteindelijk zal elke ondernemer mee moeten: niemand stopt de tand des tijds. Natuurlijk kun je nu al een elektrische auto aanschaffen, maar de aanschaf is prijzig. Je kunt ook proberen om CO2-neutraal te rijden via o.a. leaseconstructies. Mocht je echt nog in een oude diesel willen dampen, dan kun je onderstaande handleiding volgen, op een A4’tje zetten en aan je collega’s uitdelen. Het scheelt geld en je verdedigt – een klein beetje dan – de gezondheid van onze planeet.
Stappenplan duurzaam rijden
1. Zorg goed voor je auto. Let op de bandenspanning, het oliepeil en luchtfilters. Dat kan volgens de United States Environmental Protection Agency tot 19 procent voordeel opleveren. Een loszittend klepje kan bijvoorbeeld verdamping veroorzaken. Van een goede verzorging blijft je partner stralen, voor een auto geldt hetzelfde.
2. Verwijder onnodige ballast. Die gereedschapskoffer in de achterbak is een geruststellende zekerheid, maar hij kost wel geld – want gewicht kost benzine. Een dakkoffer is dubbel nadelig, omdat het de auto minder aerodynamisch maakt. Heb je Usain Bolt wel eens met een sombrero zien sprinten?
3. Zet je motor vaker uit. Dat loont voor een open brug en in de file, maar ook voor een rood stoplicht op een drukke kruising. “Maar”, zeg je dan, “de motor herstarten kost ook benzine.” Dat verlies staat gelijk aan 10 seconden laten draaien. Tel uit je winst.
4. Carpool. Het is gewoon leuk.
5. We gaan ervan uit dat je geen elektrische auto wilt kopen en ook geen kleinere (dat kan tot 20 procent brandstof schelen). Er is een alternatief: overstappen op LPG – goedkoper, beter en het voelt exclusiever.
6. Geniet van de zomer. Zo vaak is het niet warm in Nederland. Gebruik je airconditioning alleen als het écht moet.
7. Rijd als een aristocraat. Als je houdt van impulsief rijden (snel optrekken, veel remmen) dan is dat, opvallend genoeg, niet zo erg in de bebouwde kom. Daar scheelt het maar vijf procent brandstofkosten, terwijl het op de snelweg tot 33 procent kan oplopen. Maar let op: in de bebouwde kom veroorzaak je sneller een dodelijk ongeluk. Dan nog liever op de snelweg.
