Categorieën

Blog van Gijs Veenhuijsen

Je onderneming loopt lekker. Je houdt geld over. Je klant wil uitbreiden en heeft geld nodig. De bank doet weer moeilijk en jij leent €150.000 uit. Je helpt zo je klant, zijn afnames worden groter, je versterkt de keten waarin je actief bent én je krijgt een mooie rente. Maar...

Geld uitlenen

Je kent je klant. Goede vriend wel, eigenlijk. Laatst op een terras nog aangeschoten geworden met de Juniorkamer. Banken doen tegenwoordig moeilijk en zijn zaken gaan goed. Hij liet nog een klinkende jaarrekening 2013 zien. 2014 was nog niet klaar, maar was een topjaar geweest.
Overeenkomst gemaakt, 5% rente, aflossen in 10 jaar, geen zekerheden. Die rente is top! De bank geeft nu 1% op “de ondernemersspaar”. Vanwege die rente is het onderwerp zekerheden maar niet door jou besproken. Het is toch ook een vriend hè? Soort van…..

Bezoek

De betaling over oktober blijft uit. Die komt in november, maar november zelf én december ontvang je ook niet. Vriend gebeld, maar die heeft een opmerkelijk gevulde agenda. Hij kan je nooit te woord staan. Bij een onverwacht bezoek tref je hem op het bedrijf. Er volgt een gek gesprek dat veel energie kost. Je lijkt niet in staat de juiste vragen te stellen. Er wordt gesproken, maar niets gezegd.

Informatie

Je vraagt bij de KvK gegevens op, maar daar wordt je niet wijzer van. Via-via hoor je berichten, maar ja, dat is “half roddel”. Bezoekjes leveren eerst halve bevestigingen van de roddels op, maar uiteindelijk volgt duidelijkheid. De samenvatting? “Eén klein Griekenland”.
De investering waarvoor je geld uitleende, liet op zich wachten. De daaropvolgende capaciteitsproblemen leidden tot het afscheid van twee klanten. De afdeling verkoop “verfraaide” daarnaast verkoopprognoses. Je “vriend” was niet “in control”. Uit schaamte volgde een periode van wegkijken. Dat bracht niet de oplossing. Het ergste van alles? De Belastingdienst dreigt je klant aansprakelijk te stellen. Hij was tenslotte “bestuurder van deze wanvertoning”, zo stelde de invorderaar. De bank dreigt met “bijzonder beheer”, er moet iets gebeuren.
Je krijgt het voorstel mee te werken aan schuldverlichting. Hij vraagt concreet een deel van de vordering prijs te geven. Doet u dat niet dan volgt faillissement.

De keuze is aan jou…..

De Duitse versie: Dit “klein Griekenland” vroeg zelf om problemen. Je klant communiceert waardeloos, als het er om spant. Zo lopen klanten wel weg, ja. En jij zit er maar mee. Jij vertelde al je relaties dat je je geld altijd terug zou krijgen. Gezichtsverlies dreigt. Je was wél een vriend, dat moet hij zich realiseren. Hij beschadigde het vertrouwen en je doet alles om 100% terug te krijgen.
De Franse versie: Alles terughalen lukt nooit meer. Als we “klein Griekenland” helpen met verlichting hebben we daar later wellicht wat aan. De harde lijn leidt ook niet tot het terugontvangen van het hele bedrag. Het invorderen kost daarnaast je onderneming te veel energie.
Uw gevoel zegt waarschijnlijk “Duitsland”, maar ik geef u mee dat “Frankrijk”, als uw onderneming gezond is, niet persé een slechte keuze is. Impopulair standpunt? Ik hoor het graag.
Lees ook…