Ben Tiggelaar is de vaste columnist van tijdschrift De Zaak. Hij is schrijver en trainer, met als doel: mensen te helpen hun dromen om te zetten in actie. Hij werkt vanuit eigen praktijkonderzoek, met veel gevoel voor entertainment en een gedegen achtergrond in gedragswetenschap.
(Haarlem, 13 oktober 2010) –
“In Zuid-Europa zie je ze nog veel: kleine winkeltjes met een werkplaats erachter en een woning erboven. Overdag werkt zo’n meubelmaker, kleermaker of drukker achterin de werkplaats. Totdat een klant de winkeldeur met het belletje opent. De stofjas gaat tijdelijk aan de kapstok, de klant wordt geholpen en daarna wordt er verder getimmerd, genaaid of gedrukt.
Van twaalf tot twee gaat de deur dicht voor een middagdutje en daarna nog een paar uurtjes verder knutselen. Aan het einde van de dag wordt de werkplaats opgeruimd en loopt men de trap op voor lekker eten, een goed glas wijn en een ontspannen avond.
Sommige van deze ondernemers hebben een assistent of een leerling, maar ze moeten er niet aan denken om meer personeel aan te nemen. Dat zou betekenen dat hun stofjas voorgoed aan de kapstok ging en dat ze manager werden. Dat is beslist niet de bedoeling.
Geen personeel, geen gedoe
Ik weet niet hoe het met u zit, maar mij spreekt de romantiek van dit vooroorlogse, ambachtelijke ondernemerschap best aan. Geen gedoe, geen andere mensen die je van alles moet uitleggen, maar lekker prutsen in je eigen werkplaats. Af en toe (een beetje hinderlijk misschien, maar noodzakelijk) onderbroken door een klant.
Aan de andere kant: zonder medewerkers blijft je bedrijf bijna altijd beperkt in omvang en kun je nooit iets delegeren. Ook al werk je niet met mensen in loondienst, maar met zzp’ers en freelancers, dan nog kan dit je veel tijd en kopzorgen kosten. Een lastig dilemma. Je wilt wel groter groeien, maar graag zonder sores.
Werk je in je zaak of aan je zaak?
Jaren geleden presenteerde small business-goeroe Michael Gerber zijn visie op dit probleem in het boek The E-myth. In zijn tijd stond die E nog voor ‘entrepreneur’ en niet voor iets elektronisch. Volgens Gerber kun je er niet omheen. Je zult je uitvoerende rol als ‘vaktechnicus’ moeten afwisselen met een sturende rol als ‘manager’ en een visionaire rol als ‘ondernemer’. Wanneer je te zeer hecht aan je ambacht, dan werk je te veel in je zaak en te weinig aan je zaak.
Volgens Gerber gaat het uiteindelijk niet om het product dat je maakt, maar om de manier waarop je dat doet. Succesvolle ondernemers denken na over hun bedrijfsprocessen – ook wanneer ze nog gewoon alleen werken – alsof hun bedrijf het eerste prototype is voor 1.000 vestigingen die in de komende jaren geopend zullen worden.
Succesvolle ondernemers ontwikkelen een McDonald’s-achtig format voor hun bedrijf. Een ‘handboek zaak’. En als dat lukt, is ook het managen en motiveren van medewerkers geen echt probleem meer, zegt Gerber.
Als alle dagelijks terugkerende doelen, beslissingen en handelingen ordelijk en helder zijn vastgelegd, kun je je namelijk vooral richten op de leuke kanten van het omgaan met medewerkers. Het sparren, de wederzijdse motivatie, coaching en… niet te vergeten… het delegeren van het driemaandelijks sorteren van alle btw-bonnetjes.”