Btw-begrippen
ABC-levering – Bij een ABC-levering zijn altijd ten minste drie ondernemers uit één of meer landen betrokken. Ondernemer A verkoopt goederen aan B en B verkoopt door aan C. A levert de goederen direct aan C. Alle verkopers moeten btw rekenen.
Autokostenfictie – Het bedrag aan btw dat u betaalt voor het privégebruik van uw auto van de zaak of die van uw werknemers.
Btw – Belasting over de toegevoegde waarde, ofwel omzetbelasting. Wordt geheven over de waarde die een ondernemer toevoegt aan een product of dienst. Anders gezegd: het verschil tussen de inkoop- en verkoopprijs. Zie ook: De btw-aangifte: zo werkt het »
Btw-nummer – Ook wel btw-identificatienummer genoemd. Het is het nummer waaronder u bij de Belastingdienst staat geregistreerd voor de btw. Het btw-nummer van Nederlandse ondernemingen bestaat uit 14 tekens: landcode NL, gevolgd door RSIN (fiscaal nummer), plus een toevoeging van 3 posities: B01 t/m B99. Zie ook: Zo ziet een btw-nummer eruit »
Btw-tarieven – Voor het leveren van goederen en diensten gelden verschillende btw-tarieven. Het algemene tarief is 21%, het verlaagde tarief 6%. Doet u zaken met het buitenland, dan kan het tarief 0% zijn.
Zie ook: Het btw-tarief: een historisch overzicht »
BUA – Besluit Uitsluiting Aftrek van voorbelasting. U mag geen voorbelasting aftrekken als u goederen en diensten die u voor uw onderneming hebt gekocht, gebruikt voor consumptieve doeleinden.
Diensten – Diensten zijn voor de btw alle handelingen waarvoor u een vergoeding berekent en die geen levering van goederen zijn.
Factuurstelsel – Bij het factuurstelsel berekent u btw op basis van de in het tijdvak van aangifte ontvangen en uitgereikte facturen. Beslissend is de dagtekening van de factuur.
Fiscaal vertegenwoordiger – Ondernemer die in Nederland namens een buitenlandse ondernemer btw aangeeft en betaalt. Hiervoor is een vergunning nodig.
Fiscale eenheid omzetbelasting – Verschillende ondernemingen die de Belastingdienst beschouwt als één ondernemer voor de btw.
Gemengd gebruik – Van gemengd gebruik is sprake als u goederen of diensten gelijktijdig voor zowel belaste als voor vrijgestelde prestaties gebruikt, of niet alleen voor de onderneming gebruikt, maar ook privé.
Globalisatiemethode – Een methode waarmee u btw berekent bij de handel in gebruikte goederen die u zonder btw hebt ingekocht. U stelt dan de winstmarge per aangiftetijdvak vast, in plaats van per transactie.
Intracommunautaire levering – Er is sprake van een intracommunautaire levering als u goederen verkoopt aan een ondernemer in een ander EU-land, deze goederen ook echt zijn vervoerd en uw klant ondernemer is en een btw-identificatienummer heeft.
Kasstelsel – Bij het kasstelsel berekent u de verschuldigde btw aan de hand van de in het aangiftetijdvak daadwerkelijk ontvangen bedragen. De voorbelasting mag u berekenen op basis van het factuurstelsel.
Kleine-ondernemersregeling – U komt voor deze regeling in aanmerking als u in een boekjaar na aftrek van voorbelasting minder dan € 1.883 btw per jaar betaalt. U bent minder of helemaal geen btw verschuldigd, en heeft geen administratieve verplichtingen voor de btw. Zie ook: De kleine-ondernemersregeling »
Margeregeling – Deze regeling geldt bij de handel in gebruikte goederen die u zonder btw inkoopt. U berekent de btw niet over de verkoopprijs, maar over het verschil tussen de inkoopprijs en de verkoopprijs, ofwel de winstmarge. Zie ook: Btw-margeregeling »
Ondernemer voor de btw – U bent ondernemer voor de btw als u zelfstandig een bedrijf of een beroep uitoefent. Zie ook: Wanneer bent u ondernemer voor de btw? »
Schattingsvergunning – U kunt om een schattingsvergunning vragen, als u structureel niet op tijd een nauwkeurige btw-aangifte kunt doen.
Suppletie – Als u over een bepaald tijdvak te veel of juist te weinig omzetbelasting hebt betaald, kunt u dat corrigeren door middel van een btw-suppletie, ofwel een aanvulling op de aangifte. Zie ook: De suppletie-aangifte »
Verleggingsregeling – Niet de leverancier, maar de afnemer moet btw berekenen en aangeven. Op de factuur zet u ‘btw verlegd’ en bij de aangifte geeft u aan voor welke omzet u de btw hebt verlegd. Ook als btw naar u is verlegd, geeft u dat aan bij de aangifte.
Vervoersverklaring – Levert u goederen levert met 0% btw aan een buitenlandse afnemer die deze goederen zelf bij u afhaalt? Dan kunt u met een vervoersverklaring van uw afnemer aantonen dat de goederen Nederland hebben verlaten.
Voorbelasting – Btw die u betaalt als u uitgaven doet voor uw onderneming, kunt u aftrekken van de btw die u betaalt over uw omzet. Btw over privéaankopen, uitgaven voor vrijgestelde omzet, eten en drinken in de horeca, personeelsvoorzieningen en giften kunt u niet aftrekken.
Vrijgestelde goederen en diensten – Goederen en diensten die niet met btw belast zijn. U hoeft geen btw in rekening te brengen en geen btw te betalen. Btw over uitgaven voor vrijgestelde goederen en diensten mag u echter niet als voorbelasting aftrekken. Zie ook: Btw: Vrijgestelde goederen en diensten »
Tip! Essentiële (of handige) ondernemerszaken: Bedrijfsverzekeringen (zoals bijvoorbeeld een beroepsaansprakelijkheidsv
Gerelateerd lezen:
• Zo ga je goed voorbereid met de btw-aangifte aan de slag
• Wijzigingen wetgeving btw per 1 juli 2022
• Verhogen van het btw-tarief: een historisch overzicht van btw verhoging
• De basisbeginselen van de btw