Drie grote veranderingen op komst
- Nieuwe cao voor uitzendkrachten (ABU en NBBU) – vanaf 1 januari 2026
- Nieuwe pensioenregeling voor uitzendkrachten – vanaf 1 januari 2026
- Wetsvoorstel ‘Meer zekerheid voor flexwerkers’ – nog niet definitief, maar waarschijnlijk per 2027. Lees hier verder over de Wet meer zekerheid voor flexwerkers.
De eerste twee punten gelden voor alle werknemers die je inleent via een uitzendbureau. Wanneer het wetsvoorstel ‘Meer zekerheid voor flexwerkers’ in werking treedt, geldt dat voor álle flexibele arbeid, dus ook tijdelijke contracten buiten de uitzendbranche. Denk aan oproepcontracten, seizoenskrachten of tijdelijke contracten.
Wat verandert er in de cao voor uitzendkrachten per 1 januari 2026?
De grootste verandering: de inlenersbeloning vervalt. Tot nu toe nam een uitzendbureau alleen een deel van de arbeidsvoorwaarden van jouw organisatie over. Denk aan loon en toeslagen. Maar andere voorwaarden, zoals extra vakantiedagen of een bonusregeling, vielen vaak buiten de boot. Vanaf 2026 moeten uitzendkrachten arbeidsvoorwaarden krijgen die gelijkwaardig zijn aan die van vaste medewerkers in dezelfde functie bij jouw bedrijf.
Let op: ‘gelijkwaardig’ is niet per se ‘gelijk’. Zijn jouw voorwaarden gunstiger? Dan moet dat verschil gecompenseerd worden aan de uitzendkracht.
Wat betekent dit voor jou?
Jij levert álle arbeidsvoorwaarden aan bij het uitzendbureau. Vervolgens wordt er een vergelijking gemaakt met jouw arbeidsvoorwaarden. Sommige arbeidsvoorwaarden zijn makkelijk in geld uit te drukken, zoals vakantiedagen bijvoorbeeld. Andere arbeidsvoorwaarden zijn veel lastiger om in geld uit te drukken. Denk bijvoorbeeld aan personeelskorting of loondoorbetaling bij ziekte. Toch moet je ze allemaal aanleveren. Alleen dan kan er een goede vergelijking worden gemaakt.
Zijn jouw voorwaarden minder gunstig dan de cao vereist? Dan mag daar niet onder gezakt worden.
Overgangsregeling wijzigingen cao voor uitzendkrachten 2026
Er komt ook een overgangsregeling. Die geldt als de nieuwe voorwaarden nadeliger zijn voor de uitzendkracht. In dat geval blijven de oude voorwaarden nog maximaal 26 weken (6 maanden) gelden of zolang de lopende arbeidsovereenkomst duurt. Denk aan situaties waarbij de nieuwe regeling minder vakantiedagen of een lager percentage vakantiegeld biedt dan voorheen. Is het nieuwe arbeidsvoorwaardenpakket een verbetering? Dan gaat die verbetering direct in, zonder overgangsperiode.
Andere wijzigingen in de cao voor uitzendkrachten
De nieuwe cao voor uitzendkrachten die per 1 januari 2026 van kracht is, bevat meer veranderingen dan alleen de beloningsstructuur. Hieronder lees je wat er verder verandert.
- Scholingsverplichting vervalt
Uitzendbureaus hoeven het scholingsbudget niet meer verplicht te besteden. Uitzendkrachten hebben nog wel recht op ontwikkeling, maar het hoeft niet meer vanuit een verplicht budget te worden geregeld. - PAWW-compensatie verdwijnt
De PAWW is een regeling die het financiële gat opvangt – dat is ontstaan als gevolg van aangepaste regels voor de werkloosheidsuitkeringen in 2016. Hier verandert iets in de betaling: de inhouding op het loon blijft bestaan, maar de standaard verplichting om de uitzendkracht hiervoor te compenseren vervalt. - Reserveringen verdwijnen
Tot nu toe bouwden uitzendkrachten extra reserveringen op voor kort verzuim, feestdagen en bijzonder verlof. Die regel verdwijnt. Eventuele resterende reserveringen mogen in 2026 nog worden uitbetaald. Daarna vervalt dit extra spaarsysteem. - Feestdagenregeling verandert
De vaste lijst met feestdagen vervalt. Deze maken plaats voor de feestdagen bij de opdrachtgever. Wel blijft de zogeheten 7-uit-13-regel gelden: heeft de uitzendkracht in de 13 weken voor een feestdag minstens 7 keer op die dag gewerkt? Dan krijgt diegene de feestdag doorbetaald. Bij een korter dienstverband geldt dat de helft van de uren wordt vergoed.
Nieuwe pensioenregeling voor uitzendkrachten
Ook de pensioenregeling voor uitzendkrachten verandert per 1 januari 2026. Dit staat los van de nieuwe cao voor uitzendkrachten, maar treft wel dezelfde groep werkgevers en werknemers. De huidige basis- en plusregeling van StiPP worden vervangen door één nieuwe regeling met een hogere pensioenpremie:
- 15.9% werkgeversbijdrage
- 7.5% werknemersbijdrage
Heb jij als opdrachtgever een eigen pensioenregeling die beter is dan de StiPP-regeling? Dan moet het uitzendbureau dat verschil – conform de nieuwe cao voor uitzendkrachten – compenseren.
Wat kun je nu al doen?
- Breng je arbeidsvoorwaarden in kaart
- Overleg met je uitzendpartner over de aankomende veranderingen
Wil je meer weten over de nieuwe regels voor de flexmarkt? In de podcast ‘Berad & Mollen. Zakelijk gezien’ praten commercieel directeur Jad Berad en arbeidsrechtadvocaat Hendarin Mouselli verder over de bredere gevolgen voor de flexmarkt. Je luistert de podcast hier.