Inhoudsopgave
Thuiswerken werkt niet voor iedereen
Een belangrijke ontwikkeling tijdens de coronacrisis was het thuiswerken. Kantoormedewerkers hebben aan den lijve ondervonden hoe thuiswerken niet alleen eenvoudig mogelijk is, maar ook hoe dit bijdraagt aan het terugdringen van reisbewegingen en daarmee drukte in het OV en op de weg. Bij de boerenprotesten in de zomer riep de politie op om vooral weer thuis te werken om verkeersinfarcten te voorkomen. Ook de huidige stakingen van de NS zorgt wederom voor de oproep om zoveel mogelijk thuis te werken. Met het bericht vanuit de NS dat ze verwachten minder treinen te kunnen laten rijden door personeelstekorten is de verwachting dat thuiswerken ook in de nabije toekomst meer geadviseerd zal worden.
Maar niet voor iedereen is thuiswerken even makkelijk of überhaupt een optie. Zo zijn er bijvoorbeeld veel ondernemers die op locatie moeten zijn om hun werk uit te kunnen voeren, afspraken buiten de deur hebben of voor hen onmisbare producten moeten vervoeren of ophalen. Zij moeten dus anticiperen op de steeds drukker wordende wegen en het minder aantal rijdende treinen.
Oplossingen om te kunnen reizen
Inmiddels zijn er verschillende initiatieven om de verkeersdrukte tegen te gaan en daarmee een permanent verkeersinfarct te voorkomen. Zo maakt deelmobiliteit in steden een belangrijke opmars met een toenemend aantal deelfietsen, -scooters en -auto’s. “We bewegen van eigen bezit naar delen met elkaar”, zegt Patrick van Weert van ANWB Zakelijk. Deelmobiliteit helpt om medewerkers die op locatie moeten werken een alternatief voor het OV aan te bieden, zodat zij meerdere opties hebben om op hun bestemming te komen. Met het oog op de stakingen in het OV is dit essentieel om deze professionals mobiel te houden. Deelmobiliteit helpt daarnaast bij het terugdringen van auto’s in eigen bezit en zorgt voor meer ruimte op de weg en in de stad. Bovendien helpt deze manier van reizen ook oplopende parkeerproblemen in steden tegen te gaan.
Verschillende reismogelijkheden
Al die verschillende reismogelijkheden: eigen vervoer, deelmobiliteit, taxi’s en OV zijn goed om reizigers alternatieve reismethoden aan te bieden ter voorkoming van een verkeersinfarct. De flexibiliteit om op het laatste moment te bepalen hoe te reizen op basis van de actuele verkeerssituatie en de aankomstbestemming is een groot goed. Als reiziger wil je echter wel dat het flexibel pendelen tussen verschillende manieren van reizen zo makkelijk mogelijk is en zonder administratieve rompslomp, zeker als ZZP’er in het onderwijs.
“Voor ZZP’ers worden met bijvoorbeeld mobiliteitskaarten al je reizen op één kaart geregistreerd en één keer per maand gefactureerd. Is er file op de weg? Pak dan het OV. Rijden de trein niet en heb je geen eigen auto? Pak een elektrische deelauto,” aldus Patrick van Weert van ANWB Zakelijk. “En ook voor ondernemers met personeel biedt een mobiliteitskaart uitkomst. Zij kunnen deze kaart beschikbaar stellen voor alle medewerkers. Daarbij kan met een werkgeversmodule heel eenvoudig de administratie rondom woon-werk verkeer worden bijgehouden. Wat nog niet alle ondernemers weten, is dat ze daar sinds 1 januari 2022 toe zijn verplicht.”
Zo voorkomen we met z’n allen een permanent verkeersinfarct, bouwen we samen aan een beter verkeerssysteem en zorgen we ervoor dat de leraren en andere onderwijsprofessionals van Nederland ongehinderd naar hun werk kunnen komen. De optie om flexibel te reizen in plaats van last minute gehaast een treinkaartje te kopen, in een lange file te staan of snel te registeren bij een deelaanbieder geeft de reiziger rust. Zo kunnen zelfstandigen zich focussen op wat ze het liefste doen: Ondernemen!