DO’S
- Dromen én serieus nadenken over je toekomst: wat wil je en wanneer?
- Voor je 40ste al beginnen met financial planning.
- Een financieel plan maken voor elke levensfase. Met een financieel plan weet je precies wat je ondernemersruimte is.
- Concrete financiële doelen stellen met deadlines en bedragen.
- Bepalen hoeveel inkomen je na je ondernemerscarrière maandelijks nodig hebt. Vaak is dit 50 tot 75 procent van je huidige inkomen.
- Een financieel expert inschakelen om je plannen door te rekenen.
- Financiële risico’s in kaart brengen en proberen deze te verminderen.
- De mogelijkheid van een pensioen-BV bekijken.
- Je tegen arbeidsongeschiktheid verzekeren. Een AOV is fiscaal aftrekbaar!
- Rekening houden met de inkomsten en het pensioen van je partner.
- Uitrekenen hoe hoog het bedrag is dat je jaarlijks belastingvrij opzij mag zetten voor je pensioen (+/- 11 procent van je bruto-inkomen).
- Leningen en hypotheek aflossen voor het pensioen begint.
DON’TS
- Denken dat je onsterfelijk bent. Ondernemers zijn net mensen.
- Na je 45ste pas beginnen met het opbouwen van pensioen. De premies worden dan vrijwel onbetaalbaar.
- Denken dat de fiscale regeling Oudedagsreserve (OR) een manier is om voordelig pensioen op te bouwen. Gebruik het alleen als belastinguitstel echt voordelig voor je is.
- Volledig rekenen op de verkoop van je bedrijf. Stel regelmatig vast wat de verkoopbare waarde is.
- Gokken op een (dikke) erfenis van je schoonouders. Mocht dat geld opraken of mocht onverhoopt je partner eerder overlijden, dan krijg je mogelijk niets.
- Denken dat die aardige financieel adviseur nog op provisiebasis werkt. Je krijgt tegenwoordig gewoon een rekening.
- Al je geld investeren in risicovolle producten.
- Verwachten dat je zomaar op dezelfde (grote) voet verder kunt leven tijdens je pensioen.