Inhoudsopgave
Startende ondernemers verbouwen de zolder, de garage of een ander deel van de woning tot werkruimte en starten van daaruit hun onderneming. De kosten van die verbouwing worden als investering op de bedrijfsbalans verantwoord, en daarover claimen zij investeringsaftrek en afschrijving . De belastingrechter wijst dat af, zo blijkt steeds vaker, als de verbouwing betrekking heeft op een gedeelte van de privéwoning, en de woning ook na de verbouwing het karakter van eigen woning niet heeft verloren.
Praktijkvoorbeeld
Mevrouw De Groot was loopbaancoach. Zij dreef haar onderneming vanuit haar privéwoning. De zolder liet zij verbouwen tot kantoorruimte, met een pantry. Deze ruimte ging zij volledig gebruiken voor haar onderneming. De kosten van verbouwing, de inrichting van de pantry en de verlichting activeerde zij op de bedrijfsbalans, voor zover die kosten hoger waren dan de waardestijging van de woning tengevolge van de verbouwing. Die waardestijging was in overleg met een makelaartaxateur vastgesteld. De Groot verdiende nagenoeg haar gehele inkomen in of vanuit de nieuwe kantoorruimte.
In de aangifte over 1998 claimde De Groot investeringsaftrek én afschrijving op de geactiveerde verbouwings- en inrichtingskosten. De inspecteur weigerde dat, en Rechtbank Breda en Hof Den Bosch waren het daar mee eens.
Ook na verbouwing eigen woning
De belastingrechter stelde vast dat de investeringen in de zolderetage waren opgegaan in de tot het privévermogen behorende woning. Die woning had door de verbouwing niet het karakter van eigen woning verloren: de verbouwing van de zolder tot kantoorruimte met pantry had niet tot gevolg dat die ruimte niet meer als woonruimte gebruikt zou kunnen worden. Daardoor was geen zelfstandig bedrijfsmiddel ontstaan.
Geen investering in huurrecht
Ook het subsidiaire standpunt van De Groot – dat sprake was van een investering in een huurrecht – werd door de rechter afgewezen: zij huurde de kantoorruimte niet, er was sprake van zakelijk gebruik van een deel van de tot het privévermogen behorende eigen woning. De Groot had geen recht op investeringsaftrek en kon geen afschrijving op de verbouwingskosten in aftrek brengen.
Commentaar
Een pijnlijke uitspraak voor veel startende ondernemers. De kosten van verbouwing van een deel van de woning tot kantoor- of werkruimte worden volledig opgeroepen door het drijven van de onderneming vanuit die ruimte, en toch kunnen die kosten niet ten laste van de bedrijfsresultaten worden gebracht. Dit nadeel komt niet alleen: bij een dergelijke werkruimte zal er meestal geen gebruiksvergoeding ten laste van de bedrijfswinst kunnen worden gebracht. De wet staat niet toe dat er voor een dergelijke werkruimte, de inrichting daaronder begrepen(!), kosten en lasten in aftrek op de winst worden gebracht.
Uitzondering
Een uitzondering geldt voor een kwalificerende werkruimte, dat is een werkruimte met een eigen ingang of opgang die als zodanig aan een derde zou kunnen worden verhuurd én waar de ondernemer het overgrote gedeelte van zijn inkomen in of vanuit verdient.
Reken woning tot ondernemingsvermogen
Deze wel erg zuinige fiscale behandeling kan worden vermeden als de ondernemer het gedeelte van de woning dat hij voor de onderneming gebruikt, niet tot zijn privévermogen, maar tot het ondernemingsvermogen rekent. Dan is aftrek voor een gebruiksvergoeding wél toegestaan, en neemt de kans toe dat investeringsaftrek en afschrijving op de verbouwingskosten wordt verleend. Keerzijde van de medaille is dat de winst bij verkoop van de woning dan voor een evenredig gedeelte tot de winst uit onderneming moet worden gerekend. Het blijft een kwestie van rekenen.
Hans Zwagemaker is hoofdredacteur van BelastingBelangen, dat onder meer een digitale nieuwsbrief voor MKB-ondernemers uitgeeft. Hij is partner bij BDO CampsObers Accountants & Belastingadviseurs BV en spreekt regelmatig op fiscale congressen en seminars.
Gerelateerd lezen:
• De ondernemersaftrek
• De kleineondernemersregeling ziet er zo uit
• Alle aftrekposten voor ondernemers op een rij
• Zijn giften aan goede doelen zakelijk aftrekbaar voor bv’s?