Inhoudsopgave
De 6 meest voorkomende gevaren
- Automatismen;
- Risico’s niet onderkennen;
- Situaties niet tijdig opmerken;
- Onveilige situaties niet tijdig inschatten;
- Niet op de hoogte zijn van (de nieuwste) verkeersregels;
- Het voertuig niet goed kunnen beheersen tijdens noodsituaties.
De 3 gevaarlijkste plekken en situaties
- De parkeerplaats bij de supermarkt: hier gebeuren in het algemeen nog steeds de meeste ongelukken. Paaltjes worden al snel over het hoofd gezien, boodschappentassen krassen langs autodeuren. Pure onoplettendheid die gemakkelijk kan worden voorkomen!
- Provinciale wegen: hier is snelheid de grote boosdoener. Gevaarlijke inhaalmanoeuvres zorgen voor de meest gruwelijke ongelukken. Let dus extra op uw snelheid;
- Snelwegen: slecht weer speelt vaak een rol bij ongelukken op de snelweg. Mist, regen en hagel kunnen leiden vaak tot onverwacht remmen en langzaam rijden. Hier luidt het devies: extra afstand houden en snelheid aanpassen aan het overige verkeer.
7 tips om veiliger te rijden
- Wat betreft ‘kijktechniek’: beperk het blikveld niet alleen tot de voorligger. Auto’s die naast u rijden of verkeersborden kunt u dan gemakkelijk over het hoofd zien. Fixeer dus op meerdere punten;
- Kijk tevens ver voor u uit (ook door de voorruit van de voorligger). Kortzichtig rijden leidt tot veel remmen en optrekken. U kunt dan niet goed anticiperen op situaties en moet op het laatste moment reageren. Bijkomend voordeel: u bespaart een hoop brandstof!
- Gebruik tijdig uw richtingaanwijzer zodat andere automobilisten kunnen anticiperen;
- Trek niet aan het stuur als u een bocht neemt, maar duw. Zo heeft u uw stuur goed vast als u onverhoopt over een kuil rijdt of in de slip raakt;
- Rem nooit ín een bocht. Doet u dat wel, dan heeft u de bocht verkeerd ingeschat. In het algemeen geldt dat u de bocht sneller moet uitrijden dan inrijden;
- Probeer de gemiddelde snelheid aan te passen aan de rest van het verkeer. Maar probeer wel de eigen snelheid zo gelijkmatig mogelijk te houden;
- Bij wegversmalling: ritsen! Niet te vroeg, niet te laat. En geef andere ritsers de ruimte!