Consumenten in Nederland kunnen zich beroepen op verschillende wetten en regels als er iets mis is met een afgenomen dienst of product. Maar kun je als ondernemer aanspraak maken op consumentenbescherming? Dat is in sommige gevallen mogelijk. Maar wel onder bepaalde voorwaarden.

Inhoudsopgave

Snel inzicht in de belangrijkste ondernemerszaken: met de Top 3 Scans van De Zaak: de AOV Scan, de Aftrekposten Scan en de Pensioen Scan

Wettelijke bescherming

Kopers van producten en diensten zijn goed beschermd. In ons land is in de loop van de jaren een reeks consumentenbeschermende wetsartikelen in het leven geroepen die consumenten beschermen bij het aangaan van nadelige overeenkomsten en transacties met bedrijven en het gebruik van goederen en diensten.

Deze wetten zijn bedoeld om consumenten te beschermen tegen oneerlijke handelspraktijken, misleidende reclame, productdefecten en andere vormen van misbruik door bedrijven. Ondernemingen kunnen in principe geen aanspraak maken op consumentenbescherming. Maar er zijn uitzonderingen.

De zes belangrijkste regels en wetten

Over welke wetten en regels hebben we het eigenlijk als het gaat om consumentenbescherming? Dit zijn de zes belangrijkste:

  • Wet handhaving consumentenbescherming: deze wet regelt de rechten en plichten van consumenten en verkopers bij de aankoop en verkoop van goederen en diensten. Denk aan bepalingen over prijsaanduidingen, garanties, herroepingsrecht, reclame en misleidende praktijken
  • Wet op de productaansprakelijkheid: deze wet stelt verkopers en fabrikanten aansprakelijk voor schade veroorzaakt door defecte producten. Het legt de verplichting op om veilige producten op de markt te brengen en biedt consumenten een juridische basis om schadevergoeding te eisen bij verwondingen of schade als gevolg van gebruik van het product.
  • Wet op de handelspraktijken: deze wet verbiedt oneerlijke handelspraktijken en misleidende reclame. In de wet liggen regels vast met betrekking tot valse claims, bedrieglijke verkooppraktijken, agressieve verkoopmethoden en andere praktijken die consumenten kunnen misleiden.
  • Wet op gegevensbescherming en privacy: deze wetten beschermen de privacy van consumenten en omvatten regels over de verzameling, opslag en verwerking van persoonlijke gegevens door bedrijven. Ze vereisen dat bedrijven de nodige maatregelen nemen om de veiligheid van persoonlijke informatie te waarborgen.
  • Wet op consumentenkrediet: deze wet reguleert de verstrekking van consumentenkredieten, zoals leningen en credit cards. De wet gaat ook over rentetarieven, kredietvoorwaarden, reclamepraktijken en de bescherming van consumenten tegen onredelijke schuldenlast.
  • Wet op elektronische handel: deze wetgeving gaat over online handel en elektronische transacties. Erin staan regels over online verkoop, elektronische handtekeningen, consumentenrechten bij online aankopen, en de verantwoordelijkheden van bedrijven bij het aanbieden van online diensten.


Bescherming voor ondernemers

Consumenten zijn dus goed beschermd. Maar hoe zit het eigenlijk met jou als ondernemer? Kun jij een beroep doen op soortgelijke regels? In het algemeen niet, maar in sommige gevallen kunnen kleine ondernemers wel de bescherming krijgen die consumenten toekomen.

Als ondernemer ben je een zakelijke entiteit die een contract aangaat met een leverancier of dienstverlener. Dit betekent dat de wettelijke consumentenbescherming niet rechtstreeks van toepassing is op jouw zakelijke relaties met klanten. Je verplichtingen en rechten worden in plaats daarvan meestal geregeld door het zakelijke recht en contractuele afspraken en bepaalde voorwaarden die je opneemt in een overeenkomst. Als ondernemer kun je aanspraak maken op de volgende regels:

  • Wetgeving tegen oneerlijke handelspraktijken: Deze wetten gaan over zaken als misleidende verkooppraktijken, agressieve verkoopmethoden en valse voorstelling van producten of diensten.
  • Reclamewetgeving: Deze richtlijnen vereisen dat reclame eerlijk, duidelijk en niet misleidend is, en dat essentiële informatie over producten en diensten correct wordt vermeld.
  • Mededingingsrecht: Het mededingingsrecht of concurrentierecht heeft tot doel eerlijke concurrentie te waarborgen en monopolistisch gedrag of kartelvorming te voorkomen. Het verbiedt praktijken die de concurrentie belemmeren en eerlijke marktspelers benadelen.
  • Geschillenbeslechting: Als je het slachtoffer bent geworden van een oneerlijke handelspraktijk of misleidende reclame, biedt het zakelijk recht meestal mogelijkheden voor geschillenbeslechting, zoals het indienen van een klacht bij een toezichthoudende instantie of het aanspannen van een civiele procedure tegen de schuldige partij.


Uitzonderingen: consumentenbescherming voor ondernemers

De reflexwerking wordt ook wel eens het consumentenrecht voor (kleine) bedrijven genoemd. Kleine ondernemers worden dan net als consumenten beschermd tegen onredelijke bedingen die in de algemene voorwaarden zijn opgenomen.

Situaties waarbij er weinig verschil is met een consument

Dat kleine bedrijven alsnog een beroep kunnen doen op het consumentenrecht is niet onlogisch. Een kleine ondernemer die werkt voor een werkgever en daarnaast ook een bescheiden webshop runt, of een kapper aan huis zijn vergelijkbaar met consumenten.

Deze kleinschalige ondernemers kunnen niet vergeleken worden met grote concerns en bedrijven die juridische afdelingen hebben die overeenkomsten helemaal uitspitten en die bovendien ook een sterkere onderhandelingspositie hebben. Daarom accepteert de rechtspraak dat kleine bedrijven in sommige gevallen toch een beroep kunnen doen op het consumentenrecht.

Voorwaarde om aanspraak te maken op de reflexwerking

De overeenkomst mag niet tot de normale activiteit van de ondernemer mag behoren. Bijvoorbeeld een kapper die een overeenkomst aangaat met een internetprovider. Die overeenkomst heeft niets te maken met de normale activiteiten van de kapper. De kapper is hier eigenlijk een consument. Daarom kan in dit geval de kapper aanspraak doen op de reflexwerking.

Wanneer een kapper scharen en haarverf wil inkopen, hoort de kapper wel op de hoogte te zijn. Hij zal dan minder eenvoudig een beroep kunnen doen op de reflexwerking.

Hoe doe je een beroep op reflexwerking?

Reflexwerking kan zich voordoen in situaties waarin jij, als kleine ondernemer, in een contractuele relatie staat met grote bedrijven of overheidsinstanties.

De gedachte hierachter is dat jouw positie als kleine onderneming in de onderhandeling of bij een transactie mogelijk aanzienlijk zwakker is dan die van de tegenpartij. Daarom kun je als bedrijf aanspraak maken op bescherming die voorkomt uit het consumentenrecht om te voorkomen dat je in een nadelige positie wordt gebracht.

Om een beroep te doen op reflexwerking, moet je meestal aantonen dat:

  • Er sprake is van een ongelijke machtsverhouding tussen jou als kleine ondernemer en de tegenpartij (bijvoorbeeld een van de grote bedrijven of overheidsinstanties).
  • Je voor de betreffende transactie afhankelijk bent van de tegenpartij voor het verkrijgen van voor jou essentiële goederen of diensten.
  • Er in de overeenkomst of transactie sprake is van oneerlijke of onredelijke contractuele voorwaarden die jouw rechten van kleine ondernemer schenden en die normaal gesproken niet zou worden getolereerd in een gelijkwaardige overeenkomst.


Naar de rechter

Als je gebruik wilt maken van reflexwerking om bescherming te krijgen kan in sommige gevallen een formele juridische procedure bij de rechtbank nodig zijn, terwijl in andere gevallen informele onderhandelingen met de tegenpartij of bemiddeling mogelijk zijn.

Een stappenplan

Met dit stappenplan kom je een heel eind als je een gang naar de kantonrechter overweegt vanwege bijvoorbeeld onredelijk bezwarende algemene voorwaarden:

  1. Raadpleeg een juridisch adviseur: het is altijd verstandig om eerst een gespecialiseerde juridisch adviseur te raadplegen die bekend is met de consumentenbeschermingswetten en reflexwerking. Zo weet je waar je recht op hebt en wat je het beste kunt doen.
  2. Onderhandel met de tegenpartij: in sommige gevallen kan het mogelijk zijn om informeel met de tegenpartij te onderhandelen over eerlijkere contractvoorwaarden. Het aantonen van de ongelijke machtsverhouding en de afhankelijkheid van jouw kant helpen bij deze onderhandelingen.
  3. Mediation: als onderhandelingen moeilijk blijken te zijn, kan het inschakelen van een neutrale derde partij voor bemiddeling (mediation) een optie zijn. Een mediator probeert een oplossing te vinden die voor beide partijen aanvaardbaar is zonder tussenkomst van een rechter.
  4. Rechtsgang: als de onderhandelingen of bemiddelingspogingen niet succesvol zijn en je meent dat je rechten nog steeds worden geschonden, kun je juridische stappen overwegen. Een advocaat kan je helpen een klacht in te dienen bij de rechtbank en je zaak voor te leggen aan een rechter die kan beslissen of reflexwerking van toepassing is.

Drie hypothetische voorbeelden

Regels voor de reflexwerking gelden dus soms voor jou. We laten je een drietal verzonnen voorbeelden zien waarin de kans op succes aanzienlijk is:

  1. Een kleine leverancier die essentiële grondstoffen aan een groot productiebedrijf levert, wordt geconfronteerd met een eenzijdig contract dat sterk in het voordeel van het productiebedrijf werkt, zonder redelijke mogelijkheden tot onderhandeling. Als de kleine leverancier afhankelijk is van dit grote productiebedrijf voor het grootste deel van zijn omzet en de voorwaarden van het contract duidelijk onredelijk zijn, kan een beroep op reflexwerking worden overwogen.
  2. Een kleine technologie-start-up sluit een overeenkomst met een grote investeerder om financiering te krijgen voor verdere ontwikkeling. De investeerder voegt echter clausules toe die de startup beperken in haar zakelijke beslissingen en de winstverdeling oneerlijk bevoordelen. Als de startup, gezien haar zwakkere onderhandelingspositie, geen andere financieringsopties heeft en de investeerder misbruik maakt van zijn dominante positie, kan reflexwerking mogelijk worden ingeroepen om de overeenkomst te herzien.
  3. Een kleine aannemer wordt gedwongen een contract te tekenen met een grote vastgoedontwikkelaar, waarbij de betalingsvoorwaarden zeer ongunstig zijn voor de aannemer en er weinig ruimte is voor wijzigingen. Als de aannemer vrijwel uitsluitend afhankelijk is van projecten van deze vastgoedontwikkelaar, kan er sprake zijn van reflexwerking om de aannemer te beschermen tegen de uitbuiting van de dominante positie van de ontwikkelaar.


De reflexwerking inroepen is niet altijd mogelijk

De reflexwerking geldt zeker met betrekking tot de zwarte en grijze lijst van bedingen, maar bijvoorbeeld ook als het gaat om  oneerlijke handelspraktijken.

In andere gevallen is het een stuk lastiger om een beroep te doen op de reflexwerking. Dat is bijvoorbeeld het geval voor de colportagewet. Deze wet moet consumenten beschermen tegen agressieve verkoopmethoden.

Wanneer de reflexwerking niet kan worden ingeroepen, heb je als benadeeld bedrijf gelukkig nog andere mogelijkheden om op te treden. Denk dan bijvoorbeeld aan de 4 wilsgebreken en de vernietiging van een overeenkomst.

Wilsovereenkomst

Om een overeenkomst aan te gaan moet er sprake zijn van een wilsovereenkomst, dat wil zeggen: de aanbieder en de koper hebben dezelfde wil ten aanzien van de overeenkomst. En als dat niet zo is, dan kan een overeenkomst ongeldig worden verklaard.

Het Burgerlijk Wetboek noemt vier wilsgebreken die ervoor kunnen zorgen dat de zakelijke overeenkomst vernietigbaar is: bedreiging, bedrog, misbruik van omstandigheden en dwaling.

1. Bedreiging

Je bent wel een overeenkomst aangegaan, maar puur omdat je werd bedreigd. De bedreiging moet zo ernstig zijn dat een redelijk oordelend mens door de bedreiging zou worden beïnvloed. De bedreiging moet bovendien onrechtmatig te zijn. De bedreiging kan zowel gericht zijn tegen personen als tegen goederen.

2. Bedrog

Bij bedrog wordt je met opzettelijk onjuiste mededelingen bewogen om een overeenkomst aan te gaan. Ook het opzettelijk verzwijgen van informatie kan onder de noemer bedrog vallen.

3. Misbruik van omstandigheden

Bij misbruik van omstandigheden heeft iemand misbruik gemaakt van bijzondere omstandigheden, zoals lichtzinnigheid of een noodtoestand. Deze bijzondere omstandigheden zetten een persoon ertoe aan om de overeenkomst aan te gaan, terwijl hij dat eigenlijk niet wil. De misbruiker moet weten of had moeten weten dat er bijzondere omstandigheden in het spel waren.

4. Dwaling

Bij dwaling komt een overeenkomst tot stand die je nooit had gesloten als je wel een goede voorstelling van de zaken zou hebben gehad. Aan dwaling worden er extra voorwaarden gesteld. Niet elke onduidelijkheid betekent dat er sprake is van dwaling.

5. Wilsontbreken

Bij wilsontbreken is geen wil. Er is bijvoorbeeld sprake van een wilsontbreken als iemand een simpele schrijffout maakt, als iemand zich verspreekt of als iemand een stoornis heeft en zomaar wat doet.

Controle Belastingdienst

Whitepaper Controle Belastingdienst

Controle van de Belastingdienst: Wat nu?! Hoe vaak gebeurt het, hoe voorkom je het en stappenplan als het tóch gebeurt.


Gevolgen van een wilsgebrek

Wanneer er sprake is van een wilsgebrek is de overeenkomst vernietigbaar. De persoon of ondernemer die beroep doet op wilsgebrek, moet dat wel bewijzen. Een vordering tot vernietiging omwille van een wilsgebrek verjaart na drie jaar.

In het geval van ‘bedrog’ of ‘dwaling’ gaan deze drie jaar in nadat het een en ander is ontdekt. Bij ‘misbruik van omstandigheden’ gaat het om drie jaar nadat de bijzondere omstandigheden zijn opgehouden.

Is jouw pensioenpot al gevuld voor een zorgeloze oude dag? Check binnen 2 minuten welke pensioenopties voor jou (fiscaal) het beste zijn. Start de gratis Pensioen Scan van De Zaak.

Foto van Jean-Paul Taffijn

Jean-Paul Taffijn

Jean-Paul Taffijn werkte jarenlang in de journalistiek, voordat hij besloot zijn blik te verbreden. Zijn ervaring gebruikt hij voor het maken van producties die informatie op een aantrekkelijke manier presenteren. De menselijke kant is wat hij zoekt in zijn teksten.
Lees ook…
Sinds 2024 moeten grote bedrijven hun impact op mens en klimaat rapporteren volgens de CSRD-richtlijn. Dit heeft ook gevolgen voor mkb-ondernemers. Ben…
Bedrijfshulpverlening (bhv) is een onderwerp dat voor de meeste mkb-ondernemers niet bovenaan hun to-dolijst staat. Maar eigenlijk zou dat wel moeten,…
Compliance is geen modewoord, maar een noodzaak om je bedrijf aan te passen aan het groeiende web aan nationale en internationale wet- en regelgeving….
Je harde werk, je passie, je levenswerk. Wat gebeurt er met je bedrijf als jij er niet meer bent? Je denkt er misschien liever niet aan, maar…
In onze dynamische arbeidsmarkt worden volop tijdelijke contracten aangeboden in het kader van flexibiliteit. Toch kan het investeren in een contract…
Sinds 1 januari 2024 is de Omgevingswet van kracht. Dat is goed nieuws, want hiermee is een einde gekomen aan de jungle van verschillende…