Je hebt flink wat omzwervingen gemaakt om uiteindelijk in Nederland terecht te komen. Hoe beïnvloedt dat jouw kijk op de wereld?
“Door het wonen in verschillende landen, ben ik altijd al een soort wereldburger geweest. Mensen die een aantal jaren in het buitenland hebben gewoond, leren dat de wereld groter is dan Lutjebroek. Om dat te ervaren, en Nederland of Amerika of Iran of Frankrijk van een afstand te kunnen aanschouwen… Dat geeft je zóveel perspectief over bepaalde dingen.
Wat mij betreft zou er een verplicht uitwisselingsprogramma van de VN moeten komen waarbij iedereen verplicht drie maanden van woning ruilt met iemand aan de andere kant van de wereld. Dat zou zo veel onbegrip, klimaatproblemen en kleinzerigheid wegnemen.”
Pioniers | |
---|---|
In de serie ‘Pioniers’ belicht De Zaak personen die in het huidige decennium baanbrekend werk hebben verricht, omdat ze vinden dat de wereld daardoor beter wordt. Mensen die tegen de stroom in roeien omdat ze er heilig van overtuigd zijn dat hun visie de juiste is. Mensen die out-of-the-box denken én doen. Wat maakt de ware pionier tot wie hij/zij is en waarom lukt het hun wél om hun droom te verwezenlijken en de wereld te veranderen? |
“Van mijn tijd in Canada, waar ik ben geboren, weet ik niks meer. Mijn ouders gingen terug naar Teheran toen ze hun studie hadden afgerond. Ik heb nooit nagedacht over hun keuze om terug te keren. Ik was toen één jaar. Ik heb wel mijn twijfels gehad toen mijn ouders Iran verlieten en we naar Europa vertrokken. Ik was toen zes of zeven en ik vond het prima in Iran. Oorlog was een gegeven, net zoals de regen een gegeven is in Nederland.
Ik kan me niet herinneren dat ik er bang van was als kind. Zo was het daar gewoon. Toen ik zeven was, zijn we naar Nederland gegaan. Ik wilde absoluut niet weg want ik was lekker vaak bij mijn opa en oma. Ik hield en ik hou van die mensen. ‘Waarom gaan we nou ergens anders heen? Waarom gaan we weg?’ Toen kwamen we hier aan… grauw… koud. ‘En wat doen we hierna?”
“Landsgrenzen zijn net zo achterhaald als traditionele banken”
“Voor mij zijn grenzen non-existent. Het is zo’n vreemd concept dat we fysieke landsgrenzen hebben. Als je van hier met de trein naar Engeland gaat, komt er een mannetje langs die naar een stukje papier kijkt en je door laat gaan of tegenhoudt. Dat hele concept is raar in mijn beleving. Dat bevat ik niet. Laat staan dat je mensen – omdat ze toevallig aan de overkant van een stukje water wonen – de toegang weigert tot ‘jouw land’. Ik begrijp het gewoon niet. Landsgrenzen zijn net zo achterhaald als traditionele banken.”
Je relatie met je vader heb je verbroken. Hoe is dat gegaan en hoe kijk je terug op die beslissing?
“Ik kijk liever vooruit dan achteruit. Toen mijn ouders op een bepaald moment knallende ruzie hadden, heb ik tegen mijn vader gezegd dat ik hem nooit meer wilde zien. Ik heb hem inmiddels langer niet dan wel gezien. Het is wat het is, ik zit er niet zo mee. Sommige mensen kunnen zich dat niet voorstellen.
Als ik geen afscheid durf, wil of kan nemen van het verleden, dan hindert dat me in het omarmen van de toekomst. Ik zie het niet zozeer als het missen van iets of iemand, maar als mogelijkheid om andere dingen ineens wél te kunnen. Sommige mensen waren bang voor het verlies van de gulden toen we overstapten op de euro. Ik was blij dat er eindelijk een einde kwam aan het wisselen en omrekenen.
Als de ene deur zich sluit dan opent een andere zich. Ik denk dat het niet anders is met bedrijven, met vrienden, met landen, met wetten en dus ook met familie. Het is een prettig gegeven dat ik er niet meer mee bezig hoef te zijn. Ik heb nooit over mijn besluit getwijfeld, het speelt gewoon niet.”
“Ik probeer dingen voor mensen voor elkaar te krijgen zodat er meer vrijheid ontstaat”
Nu naar de bankensector. Waar kwam je drive vandaan om Bunq op te richten?
“Er zijn veel dingen ontzettend achterhaald in de huidige tijd. Of je nu hebt over TransIP, The Datacenter Group of over Bunq: Ik denk dat er een grote rode lijn in mijn ondernemingen zit die hiermee samenhangt. Ik probeer dingen voor mensen voor elkaar te krijgen zodat er meer vrijheid ontstaat. Zodat jij middelen tot je beschikking hebt om te kunnen doen wat je wil zoals jij het wil. Dat is in mijn ogen een groot deel van vooruit gaan.
Als je kijkt naar de toegenomen vrijheid van de mens in de afgelopen honderden jaren, dan denk ik dat er veel gewonnen is maar ook dat er op veel fronten nog een hoop te winnen valt. Als mens maken wij dingen die ons in staat stellen om de wereld behapbaar te maken. Als je kijkt naar de geschiedenis van de mens, dan zijn we begonnen als kleine stammetjes. Toen werden het dorpjes en vervolgens steden en landen. Nu zijn het grote brokken land, continenten. Je hoeft geen raketgeleerde te zijn om te weten dat het naar één wereld toe gaat.
Als we toch naar die ene wereld gaan, kun je je het beste afvragen hoe we daar komen op een manier waarop we er allemaal beter van worden. Het is dus aan mensen zoals jij om ze de ogen te openen en het is aan mij om een bank te creëren die meer vrijheid creëert. De toename in vrijheid brengt ons allemaal dichter bij elkaar.”
“We zouden het heel gek vinden als alle ketchup dezelfde ketchup was”
Wat ontbreekt er aan het huidige pakket van banken waaruit de consument kan kiezen? We zijn toch vrij om de bank te kiezen die bij ons past?
“Er is teveel uniformiteit binnen de bankensector. Het is teveel van hetzelfde. Dat betekent dat er eigenlijk helemaal geen keuzevrijheid is. Dat zint mij niet. Als mens streven we volgens mij altijd naar vrijheid. Vrijheid om te kiezen. We zouden het heel gek vinden als alle ketchup dezelfde ketchup was. En als we het voor zoiets kleins als ketchup al belangrijk vinden om te kunnen kiezen, waarom dan niet kiezen voor iets groots als een bank?
Aan de reacties naar aanleiding van de vorige financiële crisis kun je zien dat mensen daar net zo over denken. Uit de reacties op banken die in palmolie, steenkolen en wapens investeren, kun je afleiden dat burgers dat gebrek aan keuzevrijheid als gemis zien. Stel, je loopt bij een ABN AMRO-kantoor binnen en je vervangt al het groen door oranje. Dan is het een ING-kantoor geworden. Dat is niet goed. Ik denk dat er een ideologische verscheidenheid moet zijn, of je het nou over ketchup hebt, over fietsen of over banken.”
“Ik ben eraan gewend dat iets zichzelf verkoopt als je iets maakt dat geweldig is”
Je strijd dus voor hervormingen in het bankieren omdat je denkt dat dat de wereld verbetert, maar je lijkt vooralsnog een David te zijn die strijd tegen de oppermachtige reuzen in de sector. Heb je je erop verkeken hoe lastig het is om potentiële klanten aan je te binden?
“Financieel gezien stonden we ten tijde van de laatste financiële crisis aan de afgrond en ik dacht dat het beter kon. Daar is het gedachtenproces mee begonnen. Bunq is volledig onafhankelijk omdat we een eigen bankvergunning hebben. We houden zelf geld vast en wij bepalen wat er met het geld gebeurt. Jíj bepaalt wat er met het geld gebeurt. Je ziet nu al om je heen dat ook bij andere banken meer keuzevrijheid ontstaat. Triodos zegt: ‘Wij steken alleen geld in groene bedrijven’. Wij gaan daarin nog een stapje verder en zeggen ‘Wij doen helemaal niks met het geld tenzij jij wil dat er iets met je geld gebeurt’. Het is jouw geld dus de keuze moet bij jou liggen.
Het is een gegeven dat we in het begin moeite hadden om nieuwe klanten aan ons te binden. Dat was een ergernis voor mij. Ik ben een techneut. Ik zie een probleem en ik probeer het op te lossen. Je wil mensen immers meer vrijheid geven. Je moet de oplossing alleen erváren, voor je door hebt hoe groot het gebruiksgemak en hoe makkelijk de oplossing is. Het is heel moeilijk om een nieuwe ervaring uit te leggen zonder het zelf te ervaren.
Gelukkig maakt Bunq inmiddels zo’n groei door dat er veel nieuwe gebruikers zijn die de voordelen ervaren. In het begin was dat wel anders: we hadden destijds meer aan marketing en reclame moeten doen. Dat was een leermoment. Ik ben gewend dat iets zichzelf verkoopt als je iets maakt dat geweldig is. Sommige twijfelaars zijn nog niet over de streep getrokken. Niet omdat ze denken dat andere banken beter zijn of omdat ze denken dat hun ideologie beter is, maar omdat de perceptie is dat de overstap ingewikkeld is. Zolang die perceptie leeft, is dat een horde die we moeten overwinnen.
Op een zeker moment in mijn leven heb ik heel bewust de gedachte losgelaten dat dingen vanzelf gebeuren. Ik werd me bewust van het feit dat ik er iets voor zal moeten doen als ik wil dat er dingen veranderen. Omdat dingen niet gebeuren zoals ik wil of denk dat ze moeten zijn, moet ik zelf actie ondernemen. Als je alles bij elkaar optelt, werken er bij al mijn bedrijven misschien wel 450 mensen. Aan het feit dat ik het niet eens precies weet, kun je al afleiden dat ik dingen best goed los kan laten. Maar dingen loslaten is niet hetzelfde als onverschillig zijn over de dingen die gebeuren. Vergelijk het met kinderen loslaten die zelfstandig worden. Ooit wordt je kind volwassen en gaat het huis uit. Dan gaat het zijn eigen leven leiden maar dan is het nog steeds je kind. Zowel een bedrijf als een kind, moet zijn eigen leven gaan leiden.”
Je werkt hard en veel. Wat houdt je op de been?
“Muziek heeft me altijd beziggehouden en geholpen om mezelf te ontspannen of om juist harder te werken. Ik ben door omstandigheden al een paar jaar niet meer in de Berlijnse Berghain geweest, maar dat is mijn favoriete club. Ik vind techno en vooral de Berghain nog steeds geweldig. In de auto draai ik de laatste tijd vaak Codex Empire, dat vind ik echt goede muziek. Ook wanneer je aan het programmeren bent, is het fijne muziek om je op te concentreren. Dat is muziek waar je ‘s nachts het gaspedaal net even iets dieper door in trapt.”
Ik las dat je het gaspedaal ooit iets té diep indrukte op de snelweg…
“Jaren geleden heb ik mijn auto de vangrail in gereden omdat ik oververmoeid was. Sindsdien let ik er goed op hoe vermoeid ik ben. Als ik nu te moe ben zet ik de auto direct even aan de kant. Ik vind die stoelkussens die meten of je in slaap sukkelt, of bijvoorbeeld lane departure, echt goede uitvindingen. Dat zijn ook voorbeelden van niet heel ingewikkelde uitvindingen, maar waarbij de bedenker heeft gedacht ‘dit moet beter kunnen’. Ik zie veel bedrijven die te weinig innoveren om toekomst te hebben.”
Stilstand is achteruitgang?
“Stilstand is zeker achteruitgang. De levenscyclus van een bedrijf is een natuurlijk iets en daar moeten we niet al te spastisch over doen. Het aantal bedrijven dat meer dan 50 jaar oud is, is betrekkelijk klein. Het aantal bedrijven dat meer dan 100 jaar oud is, is bijna nihil.”
“Soms ben je als bedrijf een trede verder en dan wordt het tijd voor nieuwe bedrijven met nieuwe ideeën”
“Bedrijven komen op in een bepaald tijdsbestek en voegen iets toe op één of op meerdere fronten. Ik loop de trap op: soms ben je als bedrijf een trede verder en dan wordt het tijd voor nieuwe bedrijven met nieuwe ideeën. De ene behoefte neemt de andere over. Als je kijkt naar bedrijven die decennialang overleven dan zie je dat bijna altijd wel dezelfde sticker op de voordeur zit maar dat het bedrijf intern veel veranderd is.
Nokia is daar een mooi voorbeeld van. Dat begon als houthandel. Daarna gingen ze de autobanden in en daarna gingen ze computerschermen maken. Vervolgens werd het weer telefonie. Nu is het een patentenbedrijf en misschien is het over 10 jaar weer wat anders. Alleen de naam gaat door. De belangrijke vragen zijn: wat doe je terwijl je leeft? Wat voeg je toe? Wat draag je bij? Hoe laat je de wereld achter?”
En, wat voegen Ali en Bunq toe aan de wereld en hoe laten ze haar achter?
“Ik zou heel graag willen dat wij de wereld hélpen. Als je de wereld ziet als een trap dan is een traptrede beklimmen een stap vooruit doen. Ik denk dat wij al halverwege een trede zijn. Als je kijkt naar de hoeveelheid innovaties die banken de afgelopen tweeënhalf jaar ingevoerd hebben – van ons af hebben gekeken – en als je ziet dat de noodzaak tot innovatie groot is omdat er opeens een concurrent is die in staat is een product neer te zetten dat de mensen nog niet hebben… dat is niet niks.
De drie grote banken hadden het decennialang relatief makkelijk met elkaar, daargelaten of het nou kartelvorming was. De taart was in elk geval redelijk verdeeld. Tot er opeens iemand was die het anders wilde doen. Voor zulke grote bedrijven hebben ze best snel aangehaakt, waarmee ik bedoel dat ze snel ideeën over hebben weten te nemen. Dat vind ik alleen maar mooi. Ik hou wel van concurrentie, kom maar op. Het is een compliment maar het vervult ook een deel van ons levensdoel.”
Bunq | |
---|---|
Om in Nederland een bankvergunning te verkrijgen, moet een onderneming ten minste 17 miljoen euro beschikbaar kapitaal hebben.
Niknam verkocht zijn eerder opgezette bedrijf TransIP, dat handelt in domeinnaamregistratie en webhosting. In 2018 kocht Niknam TransIP terug.
Naast TranIP en Bunq bezit Niknam The Datacenter Group: één van de grootste bedrijven dat handelt in digitale dataopslag.
In 2012 richtte hij de bank Bunq op om het traditionele bankieren radicaal te veranderen en bedrijven en particulieren meer zeggenschap over hun geld te geven. Verschillen met traditionele banken:
|